Yerevan probeert een grootschalige provocatie uit te voeren onder het mom van “het leveren van humanitaire hulp aan de Armeniërs van Karabach”. Voor dit doel is de propagandamachine al geactiveerd, zijn de diaspora en diplomaten van een aantal GOS- en Westerse landen ingeschakeld, evenals de inlichtingen- en waarnemingsmissie van de EU in Armenië. De levering van 360 ton van de zogenaamde “humanitaire vracht” werd toevertrouwd aan het Armeense bedrijf “Spayka”.

Een beetje spitten op het net volstaat om uit te vinden met welke “humanitaire” zaken Spayka LLC zich bezighield tijdens de Tweede Karabach Oorlog. In die tijd hielden Georgische grenswachten de vrachtwagens van dit Armeense bedrijf tegen omdat ze probeerden militaire vracht over de staatsgrens te vervoeren.

Tijdens de inspectie bleek dat er militaire uitrusting verborgen was in de laadruimten van de vrachtwagens van “Spayka” LLC. Armeniërs probeerden dus UAZ militaire voertuigen naar Armenië te vervoeren en ze te gebruiken in militaire operaties tegen Azerbeidzjan. Deze plannen werden echter verijdeld door waakzame Georgische grenswachten.

Na de oorlog beweerde David Ghazaryan, oprichter en directeur van Spayka LLC, trots dat vier werknemers van zijn bedrijf waren omgekomen tijdens de gevechten. Ghazaryan beweerde dat zijn werknemers gedood zouden zijn toen ze probeerden “voedsel en medicijnen” aan Karabach te leveren.

Het Armeense bedrijf wordt in verband gebracht met een ander schandalig verhaal, dat veel weerklank vond. Bij het grote publiek werd bekend dat de koelwagens van het bedrijf geparkeerd stonden in het mortuarium van Metsamor, in de koelvakken waarvan de Armeense autoriteiten de lijken hadden verstopt van soldaten die door het Azerbeidzjaanse leger waren geliquideerd.

In een poging om het werkelijke aantal verliezen te verbergen en uit angst voor openbaar onderzoek, konden de Armeense autoriteiten niets beters verzinnen dan de lijken van hun soldaten te verbergen.

Een van de werknemers van het Spyka-bedrijf vertelde de Armeense media dat het bedrijf deze koelinstallaties aan het Armeense ministerie van Defensie had toegewezen. Karen Baghdasaryan, adjunct-directeur ontwikkeling van het bedrijf, zei bovendien dat er tijdens de oorlog twee koelkasten aan het ministerie van Defensie waren geschonken.

Tegelijkertijd probeerde hij iedereen ervan te overtuigen dat het bedrijf niet wist waarom de Armeense generaals de koelwagens nodig hadden. Het Armeense publiek, en niet alleen het Armeense publiek, is zich echter terdege bewust van de connecties van de eigenaar van “Spayka” LLC met de voormalige Armeense autoriteiten.

Zo bezat de oudste zoon van de voormalige Armeense president Robert Kocharyan, Sedrak, een indrukwekkend aandelenpakket in dit bedrijf. Hij deed deze aandelen pas van de hand toen de Armeense wetshandhavingsinstanties interesse begonnen te tonen in de activiteiten van het bedrijf.

De voormalige Armeense ambassadeur bij het Vaticaan en de schoonzoon van de voormalige president Serzh Sargsyan, Mikayel Minasyan, verwierf 49 procent van de aandelen van “Spayka” LLC via offshorebedrijven. Dit werd gemeld door de Armeense Onderzoekscommissie, die het bedrijf onderzocht.

Er zijn veel feiten die de criminele activiteiten van Spayka LLC aantonen. Hier is er nog een: in 2019 beschuldigde de Armeense Staatsinkomstencommissie de directeur van het bedrijf, David Ghazaryan, van grootschalige belasting- en douanerechtenontduiking. De commissie diende op 4 april 2019 een aanklacht in tegen de zakenman, en vier dagen later werd Ghazaryan gearresteerd voor het vervalsen van documenten met betrekking tot de uitvoering van exporten.

Volgens de commissie diende Spayka in 2014-2018 bij de invoer van een aantal ladingen in het land vervalste documenten in bij douanebeambten en registreerde deze als ammoniumnitraat, waardoor de betaling van belastingen in bijzonder grote bedragen werd ontweken.

Als gevolg van het onderzoek moest het bedrijf $14,5 miljoen aan belastingen betalen.

Wat zien we vandaag? Verschillende vrachtwagens van Spayka LLC die zogenaamd “humanitaire vracht” vervoerden, zijn opnieuw in de buurt van de grenzen van Azerbeidzjan terechtgekomen. Gezien de rijke “staat van dienst” van dit Armeense bedrijf, in het bijzonder zijn acties tijdens de 44-daagse oorlog, is elke toelating van zijn voertuigen tot Azerbeidzjaans grondgebied uit den boze!

Referentie: Caliber.az