Azerbeidzjan moet worden gesteund bij de ontmijning van zijn bevrijde gebieden en de behandeling van mensen die eronder lijden, vertelde de voorzitter van de Franse Nationale Commissie voor de Eliminatie van Anti-persoonsmijnen (CNEMA), Gerard Chesnel, aan Report.az.

Volgens hem zijn er te veel mijnen in de gebieden van Azerbeidzjan die bevrijd zijn van de bezetting door Armenië:

“De mijnen liggen erg dicht bij elkaar, wat vanuit militair oogpunt moeilijk te verklaren is. Hoe dan ook, volgens de regels van het internationaal recht moet het verslagen land de gebieden die het heeft verlaten mijnenvrij maken. Armenië heeft zich echter niet aan de regels van het internationaal recht gehouden.”

Chesnel zei dat er zeer bekwame mijnspecialisten in Azerbeidzjan zijn:

“Vandaag de dag moet Azerbeidzjan zelf deze gebieden ontdoen van mijnen en doet hier intensief werk voor. Er zijn genoeg bekwame specialisten in Azerbeidzjan om dit werk aan te kunnen en zij geven blijk van een hoge mate van professionaliteit.”

De voorzitter van de commissie merkte op dat het buitenland Azerbeidzjan hierbij zou moeten helpen.

“Helaas lijden mensen onder de mijnen die door Armeniërs in de bevrijde gebieden zijn gelegd. Onschuldige burgers worden gedood of verwond door landmijnen. Azerbeidzjan moet hierbij gesteund worden met financiële hulp en met speciale benodigdheden voor de behandeling van gehandicapten. Onze commissie zal Azerbeidzjan hulp bieden,” benadrukte hij.